1939: Uitbraak van de Tweede Wereldoorlog. Binnenvallen van Polen

Het natinaal-socialisme , dat door Adolf Hitler gerepresenteerd werd, was het uitgangspunt voor het plannen van het Duitse Rijk om Europa te veroveren. Na de aansluiting van Oostenrijk bij Duitsland in 1937 en na de deling van Tsjecho-Slowakije in 1938 was Polen het volgende doel. Het ontkennende antwoord van de Poolse regering op de eisen voor gebiedsafstand toonde Hitler dat men Polen alleen via een oorlog kon veroveren. Om zeker te zijn van een succesvolle aanval op Polen stelde hij de Russische dictator Josef Stalin een gemeenschappelijke overval en verdeling van de gebieden voor. Op 23 augustus werd het niet-aanvals-verdrag tussen Duitsland en de Sovjet-Unie, dat bekend staat als het Hitler- Stalin-Pact, ondertekend. De overeenkomst bevatte geheime protocollen over de verdeling van Polen langs vier rivieren; de Narev, Weichsel, San en Wieprz. Op 1 september 1939 viel Hitler-Duitsland Polen binnen, op 17 september sloot de Sovjet-Unie zich aan. Tot 5 oktober duurde de hardnekkige verdedging van Polen, totdat het laatste legeronderdeel zijn wapens had neergelegd. Er begon tot 1941 een Duits-Russische en later alleen een Duitse bezetting. Tijdens de bezetting was er steeds een ondergrondse beweging in Polen actief. Er begon een tijd van uitroeiing van het Poolse en het Joodse volk met Auschwitz als symbool. Het was ook de tijd van kwelling voor de Polen in het oosten, waarvoor Katyń als symbool staat, de plaats waar meer dan twintig- duizend Poolse soldaten en officieren zijn omgebracht. omhoog